Dit gerecht is ontstaan toen we een halve zak boerenkool over hadden en niet weer stamppot wilden eten. Het blijkt ook prima geschikt om te wokken, zowel qua smaak als bereidingsduur. Het is in de wok eerder gaar dan wanneer je het kookt en beter passend bij de lente. Supergezond!
Ingrediënten (4 personen):
300 gram gesneden boerenkool
2 grote zoete aardappelen (of 3 bij grote eters)
250 gram champignons
1 rode paprika
1 flinke ui
100 gram Coburgerham (prima vervanger voor spekjes)
1 eetlepel kruidenbouillonpoeder
2 eetlepels olijfolie
zout en versgemalen peper
Bereidingswijze:
1. Schil de zoete aardappelen en snij ze in blokjes.
2. Snipper de ui, snij de champignons in vieren, de paprika in blokjes en de ham in reepjes.
3. Fruit de ui op hoog vuur in een wok of hapjespan en voeg de champignons, paprika en aardappelblokjes toe wanneer de ui glazig is. Regelmatig omscheppen.
4. Voeg na een minuut of 4 de boerenkool toe. Past het niet gelijk allemaal, het slinkt snel genoeg.
5. Voeg na een minuut of 4 de coburgerham en bouillonpoeder toe. Blijf regelmatig omscheppen.
6. Proef af en toe van de boerenkool of deze al beetgaar is. Zodra dit het geval is, is de wokschotel klaar en kun je deze evt. op smaak maken met zout en peper. Of je kunt het een eigen smaakaccent geven met wat zoete ketjap of chilisaus.